Vorige onderwerp
6. Oplossingen - Concentratie
Volgende onderwerp

5. Oplossen van covalente verbindingen

Ethanol (C2H5OH) is een polaire molecuulverbinding die, net als water, een –O–H-groep bevat. Door vorming van waterstofbruggen tussen water- en ethanolmoleculen kunnen die laatste gemakkelijk opgenomen worden in de molecuulaggregaten van de watermoleculen. Het mengsel geleidt de stroom niet, omdat er geen vrij bewegende ionen ontstaan. Daarom noemen we ethanol een niet-elektrolyt. Hetzelfde geldt voor bijv. glucose (C6H12O6) en andere suikers.

Deze moleculen bevatten meerdere –O–H-groepen en vormen dus ook waterstofbruggen met de watermoleculen. Ze lossen goed op in water. Bij het oplossen ontstaan er geen ionen: het zijn niet-elektrolyten.

Samengevat

Oplossen van covalente verbindingen

Covalente verbindingen kunnen ook oplossen in water zonder dat ionisatie optreedt.
Voorwaarde is meestal wel dat de molecule groepen bevat die waterstofbruggen kunnen vormen met de watermoleculen.

Vorige onderwerp
Volgende onderwerp