Vorige onderwerp
5. Chemisch rekenen
Volgende onderwerp

7. Stofhoeveelheid

Een hoeveelheid stof kan je op verschillende manieren uitdrukken.

Massa van de stof m(X) (Eenheden: g , kg , mg)

63,5 g Cu
196,2 g H2SO4
9,0 g H2O
De massa kan in verschillende eenheden uitgedrukt worden (mg ,g ,kg , ton, …).
In de chemie wordt een massa vaak uitgedrukt in gram.
De massa kan gemeten worden met een balans.

Stofhoeveelheid n(X) (Eenheid: mol)

1 mol Cu
2 mol H2SO4
0,5 mol H2O
Bij chemische reacties reageren de deeltjes volgens bepaalde verhoudingen met elkaar. Met de mol beschikken we over een eenheid, die met een welbepaald aantal deeltjes overeenstemt. Het speelt daarbij helemaal geen rol of die deeltjes groot zijn of klein, een grote of een kleine massa hebben.
De hoeveelheid van een stof n(X) kan niet rechtstreeks gemeten worden: ze moet worden berekend. Daarvoor gebruiken we volgende formule:

Aantal deeltjes van de stof N(X) (Eenheid: onbenoemd)

6,01023 atomen Cu
1,21024 moleculen H2SO4
3,01023 moleculen H2O
Vaak is het nuttig te weten hoeveel deeltjes in een bepaalde hoeveelheid stof aanwezig zijn. Dit aantal wordt voorgesteld met N(X).
Ook deze grootheid moet berekend worden:

NA = constante van Avogadro = 6,01023 /mol

Samengevat

Stofhoeveelheid
Het omrekenen van gram naar mol en naar het aantal deeltjes is uiteraard zeer belangrijk.
Vorige onderwerp
Volgende onderwerp