
Een 0,25 mol/L oplossing van een zwak zuur is voor 3,0 % gedissocieerd.
Bereken de pH van de oplossing.
Bereken Ka van dit zuur.
Schrijf de protolysereactie van het zwakke zuur (HA bijv.).
Stel een tabel op waarin een overzicht gegeven wordt van de concentraties vóór de reactie,
de concentraties die verdwijnen en ontstaan tijdens de reactie en de concentraties bij evenwicht.
Schrijf de uitdrukking voor de zuurconstante van dit zwakke zuur en bereken ze.
